Geschiedenisdocenten en ik, samen voor West-Papoea
Raki Ap credit mij voor dat ik hem de klimaatbeweging heb binnengehaald, en hem zo een groter podium heb gegeven voor zijn strijd voor Free West Papua Campaign (Nederland). Als hij dat doet, dan geef ik terug: “Maar jíj hebt de klimaatbeweging veel gebracht. Het verhaal van West-Papoea hóórt bij de klimaatbeweging: de grote schade die BP in West-Papoea aanricht, de kleine island-states in de Pacific die door zeespiegelstijging onder water verdwijnen.”
Zoals Raki de klimaatbeweging verrijkt, heb ik besloten bij te dragen aan de strijd voor een vrij West-Papoea. Ik heb gezegd tegen Raki: “Maak gebruik van mijn expertise voor jullie campagne. Ik kan bijvoorbeeld video-interviewtjes doen of ik kan mensen van jullie campagne begeleiden in dit te gaan doen.”
Raki blij en vrijwel gelijk met een verzoek: of ik interviewtjes kon doen op een avond met thema ‘verzwegen geschiedenis’, van de commissie wereldgeschiedenis van de Vereniging voor Geschiedenisdocenten Nederland (VGN). Deze avond zou superbelangrijk zijn voor Raki en West-Papoea, omdat het een stap is richting hun verhaal eindelijk écht opgenomen te krijgen in het Nederlands geschiedenisonderwijs (momenteel bestaat die officieel nog maar uit één regel).
Ik heb Raki inmiddels best vaak zien spreken. Hij verveelt nooit en wordt er steeds beter in. Op de avond met de geschiedenisdocenten werd ik ontroerd door zijn verhaal. Ik was blij daarna twee geschiedenisdocenten in mijn videointerviewtje te kunnen vragen: “Wat deed Raki’s verhaal met je?”’ Ik hoopte op diepe ontroering, maar kreeg als antwoord twee begeestigde brainstorms over hoe West-Papoea in geschiedenislessen opgenomen kan worden. Dat vond ik ook goed, toepasselijk en eigenlijk nog beter. Want het klópte gewoon, want naast dat ik ontroerd was geweest door Raki’s verhaal, had het mij ook aangesproken op mijn karakteristieke eigenschap: activist zijn; ik had erdoor de barricaden op willen springen voor een vrij West-Papoea. Met mijn camera en videointerviewtje had ik dat nu dan ook al op mijn manier gedaan. En de geschiedenisdocenten gingen dat op hún manier doen.
Zoals Raki de klimaatbeweging verrijkt, heb ik besloten bij te dragen aan de strijd voor een vrij West-Papoea. Ik heb gezegd tegen Raki: “Maak gebruik van mijn expertise voor jullie campagne. Ik kan bijvoorbeeld video-interviewtjes doen of ik kan mensen van jullie campagne begeleiden in dit te gaan doen.”
Raki blij en vrijwel gelijk met een verzoek: of ik interviewtjes kon doen op een avond met thema ‘verzwegen geschiedenis’, van de commissie wereldgeschiedenis van de Vereniging voor Geschiedenisdocenten Nederland (VGN). Deze avond zou superbelangrijk zijn voor Raki en West-Papoea, omdat het een stap is richting hun verhaal eindelijk écht opgenomen te krijgen in het Nederlands geschiedenisonderwijs (momenteel bestaat die officieel nog maar uit één regel).
Ik heb Raki inmiddels best vaak zien spreken. Hij verveelt nooit en wordt er steeds beter in. Op de avond met de geschiedenisdocenten werd ik ontroerd door zijn verhaal. Ik was blij daarna twee geschiedenisdocenten in mijn videointerviewtje te kunnen vragen: “Wat deed Raki’s verhaal met je?”’ Ik hoopte op diepe ontroering, maar kreeg als antwoord twee begeestigde brainstorms over hoe West-Papoea in geschiedenislessen opgenomen kan worden. Dat vond ik ook goed, toepasselijk en eigenlijk nog beter. Want het klópte gewoon, want naast dat ik ontroerd was geweest door Raki’s verhaal, had het mij ook aangesproken op mijn karakteristieke eigenschap: activist zijn; ik had erdoor de barricaden op willen springen voor een vrij West-Papoea. Met mijn camera en videointerviewtje had ik dat nu dan ook al op mijn manier gedaan. En de geschiedenisdocenten gingen dat op hún manier doen.
Reacties